Zomerbijeenkomst DMS klimaat en biodiversiteit

Na een lange tijd, konden we eindelijk weer bijeenkomsten organiseren. De bijeenkomst stond in het teken van klimaat en biodiversiteit.

De bijeenkomst is begonnen met een presentatie van Niek van Andel van AgroExact. Dit bedrijf zet zich in om real-time het weer te meten en zo de agrarische sector hiermee te helpen. Niek is meteoroloog en heeft ons de werkwijze van het bedrijf AgroExact uitgelegd en het doel wat zij hebben met hun werkzaamheden. Vanuit de groep kwam verschillende vragen over het bedrijf en over het weer. ”Hoe komt een site als buienradar aan hun voorspellingen en waarom wisselt het zoveel?”. Hierna kwam een interessante uitleg hoe deze weermodellen zijn opgebouwd en welke foutmarges erin voorkomen.

Na een barbecue tussen de middag werd het programma vervolgt door Harm Rijneveld van DMS. Harm is studiegroep begeleider en docent aan de HAS in Den Bosch. Harm heeft een presentatie gegeven over kruidenrijk grasland en vooral ook een discussie binnen de groep op gang gebracht. ”Wie heeft er allemaal ervaring met kruidenrijk en wat zijn de ervaringen?”. Hierna zijn we naar de proefvelden achter het kantoor van DMS gegaan en hebben we gekeken in de paardenwei waar in het ene veld in september een mengsel in ingezaaid en in het andere veld eind maart een mengsel is gezaaid. Het was een geslaagde bijeenkomst waar iedereen met veel kennis en stof tot nadenken weer naar huis ging.

Bert van Dijk, stagiaire bij DMS

SABE: wat kunt u nu precies met de voucher?

Sinds november 2020 kunt u als ondernemer een SABE voucher aanvragen als subsidie van RVO. Twee keer per jaar kunt u zich inschrijven om de kennisvoucher aan te vragen. Iets geheel nieuws, maar wat kunt u er precies mee?

Wat is de SABE voucher?
De SABE voucher (Subsidie Agrarische Bedrijfsadvisering en Educatie) is voor agrarische ondernemers een mogelijkheid om door middel van subsidie kennis op te doen over duurzamere landbouw. U kunt een aanvraag indienen voor een voucher ter waarde van € 1500,-. Wanneer u deze voucher toegekend hebt gekregen, kunt u deze inwisselen bij uw erkend onafhankelijke bedrijfsadviseur. U kunt per kalenderjaar een voucher aanvragen. Voor de meest gestelde vragen kunt u de website van de RVO bezoeken, klik daarvoor hier.

Wat kunt u met de SABE voucher?
Nadat u de voucher overgedragen heeft, kunt u het kennistraject starten op het onderwerp waarin u zich ingeschreven heeft. Bij DMS kunt u voor verschillende onderwerpen terecht zoals stikstofemissie, natuur inclusieve landbouw, precisielandbouw, persoonlijke ontwikkeling en bedrijfsovername. Wij begeleiden u dan een jaar lang met het door u gekozen onderwerp. Daarbij leert u om op een duurzamere manier uw bedrijf te managen. Wist u dat u de voucher ook kunt gebruiken voor ons individueel voeradvies?! De voordelen van deze kennisvoucher is dat u individueel kennis kunt opdoen wat specifiek toepasbaar is voor uw situatie en uw wensen voor de toekomst van uw bedrijf. Deze individuele begeleiding is daarom de perfecte aanvulling op onze studiegroepsbegeleiding.

BAS register
De voucher ter waarde van € 1500,- kunt u inwisselen bij een adviseur die geregistreerd is in het BAS (Bedrijfs Adviserings Systeem) register. Dit is een lijst van bedrijfsadviseurs die voldoen aan de eisen die de EU stelt aan advisering inzake de financiering, het beheer en de monitoring van het Gemeenschappelijke Landbouwbeleid. De lijst van het BAS register bekijkt u hier.

Aandachtsgebieden
De voucher kunt u gebruiken voor een aandachtsgebied waarin u meer kennis op zou willen doen. De aandachtsgebieden waar DMS nu voor staat geregistreerd in het BAS register zijn: stikstofemissie, natuur inclusieve landbouw, precisielandbouw, persoonlijke ontwikkeling of bedrijfsopvolging.

Voucher gebruiken bij DMS
Bij DMS staat Hans Dirksen in het BAS register ingeschreven. Nadat u de voucher toegekend hebt gekregen en overgedragen heeft aan DMS kunt u contact met ons opnemen. Samen met u, kijken wij naar de beste invulling voor het traject. Eventueel kunt u ons ook machtigen bij de aanvraag van de SABE voucher, dan regelen wij voor u het aanvraagproces. Mocht u hier interesse in hebben, kunt u contact met ons opnemen voor het machtigingsformulier.

BEX voordeel: Een baat of een last?

BEX voordeel: Een baat of een last?

Sinds 2006 kunnen melkveehouders in Nederland gebruik maken van de Bedrijfsspecifieke Excretie (BEX). Hiermee kan worden aangetoond dat de excretie van stikstof en fosfaat door de veestapel afwijkt van de forfaitaire norm. Is deze bedrijfsspecifieke excretie lager dan de forfaitaire productie, dan spreekt men van een BEX voordeel. Daarbij is het toegestaan om deze bedrijfsspecifieke excretie hanteren in de mestboekhouding. Voor bedrijven die niet alle geproduceerde mest op eigen grond mogen plaatsen, kan dit uitkomst bieden, omdat zij hierdoor minder mest hoeven af te voeren. Daarom is de noodzaak bij extensieve bedrijven minder hoog om een BEX voordeel te realiseren.

Een voordeel in de BEX geeft dus eigenlijk aan dat de veestapel efficiënter is omgegaan met de stikstof (ruw eiwit) en fosfor in het rantsoen, ten opzichte van de norm. De laatste jaren vindt er een verschuiving plaats in het voordeel dat wordt behaald in de BEX. Dit is terug te zien in tabel, onderaan de pagina, met Kringloopwijzer data van 200 bedrijven. In 2013 bedroeg het BEX voordeel gemiddeld 8% op stikstof en 11% op fosfaat. Vanaf dat moment is eigenlijk een dalende lijn in het stikstofvoordeel ingezet, welke is terug gelopen naar -1% in 2020. Voor het fosfaatvoordeel geldt het tegenovergestelde, deze nam de laatste jaren toe naar 20% in 2020.

Te zien is dat de verhouding RE/kVEM over die periode nagenoeg gelijk is gebleven met gemiddeld 167 RE/kVEM. Wat wel veranderd is, is het ureum en jongveegetal. Het ureum zakte van 22 naar 20 en het aantal jongvee per 10 melkkoeien zakte van 6,8 naar 4,9 stuks. Een hoger ureum geeft een hogere forfaitaire productie per koe en jongvee heeft een relatief hoge forfaitaire norm. Het teruggelopen stikstof voordeel komt dus voornamelijk door een scherpere forfaitaire norm en niet door een ander rantsoen. Dit geeft aan dat een stikstof voordeel op zichzelf, niet zo veel zegt. Stikstofefficiëntie van het rantsoen zou een betere maatstaf zijn voor de eiwitbenutting van de veestapel.

De verhouding P/kVEM van het rantsoen is teruggezakt van 4,0 P/kVEM op de top (2014) naar 3,5 P/kVEM in 2020. Dit geeft eigenlijk aan dat het fosfor gehalte in de rantsoenen verder terug is gelopen en dat daardoor het fosfaatvoordeel is opgelopen.

Samenvattend wordt de daling in stikstofvoordeel veroorzaakt door een lagere ureum en minder jongvee en wordt het toenemende fosfaatvoordeel veroorzaakt door dalende fosfor gehalten in het voer. Met stikstof voordeel van rond 0% niet relevant om met de BEX te rekenen. Echter blijft het fosfaatvoordeel van 20% een gegeven, wat niet benut kan worden. Sterker nog, door dit voordeel zal er minder fosfaat in de mest zitten, waardoor het moeilijker wordt om de volledige gebruiksruimte vol te maken. Een BEX voordeel is dus alleen interessant als deze in verhouding is op stikstof én fosfaat. Om de gebruiksruimte zo volledig mogelijk te benutten, zal de geproduceerde mest, dezelfde verhouding N/P moeten hebben als de gebruiksruimte.

Het gevolg van een ‘’scheve BEX’’ is dus dat de gebruiksnormen niet volledig benut worden. Dit zien we steeds vaker voorkomen. Voor veehouder is het daarom belangrijk kritisch naar het rantsoen te kijken. Fosfor gehalten van 3,2 of lager zijn geen uitzondering meer. Dit zou tot problemen op de lange termijn kunnen leiden, want minder fosfor in het voer is minder in de mest is minder in de bodem, minder in het voer, minder in de koe, etc. etc. Dit kan worden aangepakt door het rantsoen bij te sturen naar wat het eigen voer te veel of te weinig bevat. Minder fosfor in het gras vraagt om een extra aanvulling en door bijvoorbeeld het kiezen voor fosforrijke grondstoffen of het bijvoeren van monocalciumfosfaat. Zorg daarnaast ervoor dat het RE gehalte in het rantsoen niet boven de 160 uitkomt, wees kritisch op het RE gehalte in het krachtvoer en durf hier scherp op in te zetten!

SABE voucher inleveren bij DMS

Wilt u leren over duurzamere landbouw, om zo uw landbouwbedrijf te verduurzamen? Met behulp van de SABE voucher kunt u persoonlijk advies en kennis over de duurzame landbouw en de ontwikkelingsmogelijkheden op uw bedrijf.

Het Ministerie van Landbouw biedt via de SABE agrarische ondernemers de mogelijkheid om een voucher ter waarde van € 1500,- te besteden aan begeleiding in diverse onderwerpen in de agrarische sector.

De voucher kunt u voor diverse onderwerpen verzilveren bij Dirksen Management Support. Nadat u de voucher toegekend heeft gekregen, kijken we samen met u naar een passende invulling voor de voucher. Dirksen Management Support is gespecialiseerd op onderwerpen zoals bedrijfsbegeleiding, bedrijfsontwikkeling, strategisch management, duurzaamheid, energie en reductie van de CO2 emissie.

Wilt u hulp bij het aanvragen van de voucher, neem dan contact met ons op!

Voorstellen: Harm Rijneveld

Hallo melkveehouders, ik ben Harm Rijneveld en sinds 1,5 jaar werkzaam bij Dirksen Management Support. Mijn werk bij DMS mag ik combineren met een baan in het onderwijs, momenteel bij de HAS Hogeschool in Den Bosch. De combi onderwijs en boerenpraktijk vind ik erg leuk! 

Ik ben niet op een melkveebedrijf opgegroeid. Thuis hadden we wel hobbymatig schapen en jongvee. Daarnaast ben ik in mijn vrije tijd altijd werkzaam geweest op melkvee- en akkerbouwbedrijven. 

Mijn vooropleiding op agrarisch gebied zijn STOAS veehouderij (docentenopleiding) en Biologische Landbouw aan de universiteit in Aberdeen. Vanuit mijn achtergrond vind ik het erg leuk om te sparren met ondernemers over de zoektocht naar de balans in het melkveebedrijf. Thema’s daarin zijn bijvoorbeeld: 

– Meer melken uit eigen voer,

– Kringloopbenutting

– Biologische melkveehouderij 

– Melken in combinatie met natuurbeheer.

Bij DMS houd ik mij bezig met data analyse, begeleid ik stagiaires en verzorg ik trainingen voor de melkfabriek en de VKA. Ik hoop in de toekomst ook eens met u te kunnen sparren!

Bodem monitoring

Gezien laatste droge zomers is het steeds belangrijker om het management op het gras en maisland af te laten hangen van de omstandigheden in de bodem. DMS duikt dit jaar met sensoren de bodem in om dit beter te volgen. We meten de temperatuur op 10 cm diepte, bodemvocht op 10, 20 en 30cm diepte en de luchttemperatuur en luchtvochtigheid.

Dit keer gaan we, gezien de periode van voorzichtige groei, in op de bodemtemperatuur. Dat is namelijk de beperkende factor van de grasgroei op dit moment.  De bodemtemperatuur houd sterk verband met de buitentemperatuur, daarbij valt vooral op dat het veel scheelt als de nachttemperatuur hoger is. Dan koelt de bodem minder af, op de foto is het verloop van 3 sensoren in Zeeland te zien, daar gaat de bodemtemperatuur naar 11 graden. Dan begint gras echt hard te groeien.

We zullen u op de hoogte houden van de verdere ontwikkelingen.

Kruidenrijk grasland

Ook bij Dirksen Management Support zijn we veelal bezig om ervaringen op te doen in vernieuwingen.
In de afgelopen week is zijn er, in samenwerking met Bloeiend Boerenland en Medigran, meerdere percelen ingezaaid met een verschillende kruidenrijke mengsels.

Het doel hiervan is om te kijken wat verschillende kruiden en/of klavermengsels doen op het perceel, en wat deze mengsels doen met de weerbaarheid van de bodem. Dit kan worden gecombineerd met de zonekaart met vastgestelde elektrische geleidbaarheid (EC-klassen), welke zijn vastgesteld met de EMI-bodemscan en de Kinsey-Albrecht bodemanalyse van SoilMasters. Deze EC-klassen zijn van invloed op het vochtgehalte, de kleigehalte (textuur), de organische stof, de CEC en de aanwezigheid van zouten in een bodem.

Deze bodemeigenschappen bepalen in belangrijke mate de bodemvruchtbaarheid van een perceel. Mogelijk leidt dit tot interessante demonstratiedagen in de komende zomer. We houden jullie op de hoogte met onze bevindingen!

Voorstellen: Kim Hahn

Hallo, ik ben Kim Hahn en sinds deze week trotse collega bij Dirksen Management Support. De interesse in de melkveesector heeft mij al sinds jong meisje bezig gehouden, ondanks dat ik zelf niet op een melkveebedrijf ben opgegroeid.

Ik ben in januari afgestudeerd aan de Wageningen Universiteit met een dubbele master in Dierlijke productie systemen en Rurale ontwikkeling en innovaties, waar ik mij vooral heb gefocust op duurzaamheid en technologische innovaties in de melkveesector. Dit in brede zin van de sturing naar kringlooplandbouw, waarbij het inkomen van de boer en de gezondheid van de veestapel hoog in acht wordt genomen.

Bij DMS zal ik mijn specialisatie in het boeren bedrijfssysteem en duurzame innovaties toepassen bij het organiseren en managen van projecten. Voor ideeën met projecten of samenwerking met Dirksen Management Support kunnen jullie dus bij mij terecht.

Ik kijk met veel plezier en enthousiasme uit naar een voorspoedige samenwerking.

1 jaar individueel voeradvies

Inmiddels is het al ruim een jaar mogelijk om deel te nemen aan individueel voeradvies bij Dirksen Management Support. In dit artikel is deelnemer Berry van Ginkel aan het woord over zijn ervaringen met het individueel voeradvies, waar hij nu ruim een jaar gebruik van maakt. Berry is melkveehouder in het Groningse Baflo en heeft een bedrijf met 80 melkkoeien, 40 stuks jongvee en 40 hectare grond in gebruik. Het land wordt 1 op 4 verhuurd voor pootgoedteelt aan een akkerbouwer. Robin Kool is het vaste aanspreekpunt binnen DMS met betrekking tot het voeradvies.

Wat is de reden dat je je hebt aangemeld voor het individueel voeradvies?
Tijdens de kostprijsbespreking van de studiegroep kwam al een aantal jaren naar voren dat ik hogere voerkosten had dan gemiddeld bij mij in de groep. Dit wilde ik graag verbeteren. Daarnaast heb ik er wel eens over nagedacht om een onafhankelijk voeradviseur te vragen, naast mijn huidige voeradviseur van onze voerleverancier. Toen dit aanbod kwam van DMS ben ik hier op in gegaan. Bijkomend voordeel is dat alle gegevens al bekend zijn bij DMS en daarmee ook wat achtergrondkennis van het bedrijf. Hierdoor was het besluit nog makkelijker genomen.

Hoe gaat het voeradvies in zijn werk?
Ik heb elke zes weken, na de melkcontrole, contact met Robin. Dit gaat digitaal via een programma waarmee we het scherm kunnen delen met elkaar. Als er geen grote rantsoenwijzigingen zijn duurt het gesprek vaak een halfuurtje. Als er wel grote rantsoenwijzigingen zijn houd ik een meetweek en wordt deze besproken en duurt de bespreking wat langer. Het basis rantsoen van de voeradviseur van onze voerleverancier wordt meestal niet veel meer aangepast omdat dit al goed is. Verder kijkt Robin dan mee hoe we de rest kunnen finetunen per productiegroep.

Welke zaken heb je veranderd naar aanleiding van het voeradvies?
We zijn begonnen met de krachtvoergift aan te passen en het voeren van een goedkopere brok. Voorheen voerde ik een opstartbrok aan de verse koeien tot 90 dagen. Dit was een eiwitrijke brok. Deze hebben we vervangen voor een energierijke brok. Dit resulteert in onder andere een persistentere productie. Daarnaast hebben we ingezet om meer gras in de koeien te krijgen. Dit alles is in goed overleg gegaan met onze voeradviseur van de voerleverancier.

Ben je zelf bekwamer geworden in het berekenen/bijsturen van het rantsoen?
Ja. Robin neemt mij op een laagdrempelige manier mee in het voeren. Hierdoor ga je zelf meer verbanden zien en krijg je meer gevoel met het voeren. Het is niet mijn insteek om het helemaal zelf te doen, maar het geeft wel meer bagage voor het gesprek met de voeradviseur, waarbij ik het krachtvoer bestel.

Heeft de deelname aan het voeradvies voldaan aan je verwachtingen?
Ja zeker! De gezondheid van de koeien is verbeterd, dit zie ik bijvoorbeeld aan een tussenkalftijd die 20 dagen korter is geworden. Daarnaast is de productie gelijk gebleven en de gehaltes zijn gestegen. Ook voer ik minder krachtvoer, met minder P en ruw eiwit en het krachtvoer is goedkoper geworden. Dus dit betekent meer omzet met minder kosten. Dit heeft ook geresulteerd in een beter resultaat in de Kringloopwijzer, wat in ons geval ook gunstig is met betrekking tot de Foqus Planet van FrieslandCampina. Jaarcijfers zijn nog niet bekend, maar op het dagrantsoen scheelt het al snel 2 á 3 cent voerkosten per kg meetmelk. Hiermee is het advies ruim en breed terugverdiend!